LRV / Proef 38. Klasse Z1 / 2025
Bewegingen
1 A-X

Binnenkomen in verzamelde draf

Kwaliteit van de gangen, het halthouden en de overgangen. Nauwkeurigheid van de AC-lijn en de rechtgerichtheid. Enkele seconden onbeweeglijk stilstaan. Correcte oprichting en aanleuning. Buiging in de wending.
X

Halthouden en groeten

Kwaliteit van de gangen, het halthouden en de overgangen. Nauwkeurigheid van de AC-lijn en de rechtgerichtheid. Enkele seconden onbeweeglijk stilstaan. Correcte oprichting en aanleuning. Buiging in de wending.
C

Rechterhand

Kwaliteit van de gangen, het halthouden en de overgangen. Nauwkeurigheid van de AC-lijn en de rechtgerichtheid. Enkele seconden onbeweeglijk stilstaan. Correcte oprichting en aanleuning. Buiging in de wending.
2 R-P

Schouderbinnenwaarts

Regelmaat en kwaliteit van de draf, correcte aanleuning, gelijkmatige lengtebuiging en juiste hoek. Verzameling, balans en vloeiende uitvoering.
3 P-L

Halve volte halve baan

Regelmaat en kwaliteit van de draf, correcte aanleuning, impuls en balans. Buiging in de wending. Correcte uitvoering van de rechte lijn.
4 L-R

Appuyeren

Regelmaat en kwaliteit van de draf, correcte aanleuning, gelijkmatige lengtebuiging, verzameling, balans, vloeiende uitvoering, het kruisen van de benen.
5 M

Afwenden

Regelmaat en kwaliteit van de draf, correcte aanleuning, impuls en balans. Buiging in de wendingen. Correcte uitvoering van de rechte lijn.
H

Linkerhand

Regelmaat en kwaliteit van de draf, correcte aanleuning, gelijkmatige lengtebuiging en juiste hoek. Verzameling, balans en vloeiende uitvoering.
6 S-V

Schouderbinnenwaarts

Regelmaat en kwaliteit van de draf, correcte aanleuning, impuls en balans. Buiging in de wending. Correcte uitvoering van de rechte lijn.
7 V-L

Halve volte halve baan

Regelmaat en kwaliteit van de draf, correcte aanleuning, gelijkmatige lengtebuiging, verzameling, balans, vloeiende uitvoering, het kruisen van de benen.
8 L-S

Appuyeren

Regelmaat en kwaliteit van de draf, correcte aanleuning, gelijkmatige lengtebuiging, verzameling, balans, vloeiende uitvoering, het kruisen van de benen.
9 M-X-K

Van hand veranderen in uitgestrekte draf (doorzitten of lichtrijden)

Regelmaat, elasticiteit, balans, de energie en het overstappen van het achterbeen, de ver1enging van het frame. Het behoudt van ritme, de vloeiende en nauwkeurige uitvoering van de overgangen.
K

Verzamelde draf

Regelmaat, elasticiteit, balans, de energie en het overstappen van het achterbeen, de ver1enging van het frame. Het behoudt van ritme, de vloeiende en nauwkeurige uitvoering van de overgangen.
10 A

Halthouden 4 passen achterwaarts, voorwaarts in uitgestrekte stap

Kwaliteit van het halthouden en de overgangen. Enkele seconden onbeweeglijk stilstaan. Nageeflijkheid en correcte oprichting, vloeiende uitvoering, rechtheid. Diagonale passen en het juiste aantal.
11 F-P-V-K

Halve grote volte in uitgestrekte stap

Regelmaat soepelheid van de rug, ontspanning, het overstappen van het achterbeen, activiteit, schoudervrijheid, het verlengen van het frame.
K-A

Verzamelde stap

Regelmaat soepelheid van de rug, ontspanning, het overstappen van het achterbeen, activiteit, schoudervrijheid, het verlengen van het frame.
12 A

Verzamelde galop

Kwaliteit van de overgang, regelmaat, impuls, balans, correcte aanleuning, nauwkeurigheid.
13 F-M

Uitgestrekte galop

Kwaliteit van de galop, correcte aanleuning, balans, maximale ver1enging van de sprongen en het frame. Rechtgerichtheid. Het behoud van ritme, de vloeiende en nauwkeurige uitvoering van de overgangen. De correcte uitvoering van de gevraagde lijn.
M

Verzamelde galop

Kwaliteit van de galop, correcte aanleuning, balans, maximale ver1enging van de sprongen en het frame. Rechtgerichtheid. Het behoud van ritme, de vloeiende en nauwkeurige uitvoering van de overgangen. De correcte uitvoering van de gevraagde lijn.
14 S-I

Halve volte, halve baan

Kwaliteit van de gangen, correcte aanleuning, vloeiende uitvoering van en balans in de overgangen. Rechtgerichtheid, 3-5 duidelijke stappassen. Buiging in de wendingen. Correcte uitvoering van de rechte lijn.
I-G

Tussen I-G Eenvoudige galopwisseling

Kwaliteit van de gangen, correcte aanleuning, vloeiende uitvoering van en balans in de overgangen. Rechtgerichtheid, 3-5 duidelijke stappassen. Buiging in de wendingen. Correcte uitvoering van de rechte lijn.
G-M

Halve volte, halve baan

Kwaliteit van de gangen, correcte aanleuning, vloeiende uitvoering van en balans in de overgangen. Rechtgerichtheid, 3-5 duidelijke stappassen. Buiging in de wendingen. Correcte uitvoering van de rechte lijn.
15 M-P

Middengalop

Kwaliteit van de galop, correcte aanleuning, balans, enige ver1enging van de sprongen en het frame. Rechtgerichtheid. Het behoud van ritme, de vloeiende en nauwkeurige uitvoering van de overgangen. De correcte uitvoering van de gevraagde lijn.
P-L

Verzamelde galop

Kwaliteit van de galop, correcte aanleuning, balans, enige ver1enging van de sprongen en het frame. Rechtgerichtheid. Het behoud van ritme, de vloeiende en nauwkeurige uitvoering van de overgangen. De correcte uitvoering van de gevraagde lijn.
16 F-D

Halve volte, halve baan

Kwaliteit van de gangen, correcte aanleuning, vloeiende uitvoering van en balans in de overgangen. Rechtgerichtheid, 3.5 duidelijke stappassen. Buiging in de wendingen. Correcte uitvoering van de rechte lijn.
D-L

Tussen D-L Eenvoudige galopwisseling

Kwaliteit van de gangen, correcte aanleuning, vloeiende uitvoering van en balans in de overgangen. Rechtgerichtheid, 3.5 duidelijke stappassen. Buiging in de wendingen. Correcte uitvoering van de rechte lijn.
L-V

Halve volte, halve baan

Kwaliteit van de gangen, correcte aanleuning, vloeiende uitvoering van en balans in de overgangen. Rechtgerichtheid, 3.5 duidelijke stappassen. Buiging in de wendingen. Correcte uitvoering van de rechte lijn.
17 A

Verzamelde draf

Kwaliteit van de overgang, regelmaat, impuls, balans, correcte aanleuning, nauwkeurigheid.
18 F-S

Van hand veranderen, daarbij het paard de hals laten strekken (doorzitten of lichtrijden)

Regelmaat, balans en het behoudt van het tempo en de activiteit, en met correcte verbinding de hals verlengen tot boeg/knie hoogte. Het op correcte wijze In de hand stellen. Nauwkeurige uitvoering van de gevraagde lijn.
H-T

Voor H Teugels op maat maken

Regelmaat, balans en het behoudt van het tempo en de activiteit, en met correcte verbinding de hals verlengen tot boeg/knie hoogte. Het op correcte wijze In de hand stellen. Nauwkeurige uitvoering van de gevraagde lijn.
19 C

Verzamelde galop

Kwaliteit van de overgang, regelmaal, Impuls, balans, correcte aanleuning, nauwkeurigheid.
20 M-I-E

Van hand veranderen

Kwaliteit van de gangen, correcte aanleuning, vloeiende uitvoering vanen balans In de overgangen. Rechtgerichtheid,3.5 duidelijke slappassen.
I

Eenvoudige galopwisseling

Kwaliteit van de gangen, correcte aanleuning, vloeiende uitvoering vanen balans In de overgangen. Rechtgerichtheid,3.5 duidelijke slappassen.
21 E-L-F

Van hand veranderen

Kwaliteit van de gangen, correcte aanleuning, vloeiende uitvoering vanen balans in de overgangen. Rechtgerichtheid, 3-5 duidelijke stappassen.
L

Eenvoudige galopwisseling

Kwaliteit van de gangen, correcte aanleuning, vloeiende uitvoering vanen balans in de overgangen. Rechtgerichtheid, 3-5 duidelijke stappassen.
22 K-H

Uitgestrekte galop

Kwaliteit van de galop, correcte aanleuning, balans, maximale verlenging van de sprongen en het frame. Rechtgerichtheid. Het behoud van ritme, de vloeiende en nauwkeurige uitvoering van de overgangen. De correcte uitvoering van de gevraagde lijn.
H

Verzamelde galop

Kwaliteit van de galop, correcte aanleuning, balans, maximale verlenging van de sprongen en het frame. Rechtgerichtheid. Het behoud van ritme, de vloeiende en nauwkeurige uitvoering van de overgangen. De correcte uitvoering van de gevraagde lijn.
23 C

Verzamelde draf

Kwaliteit van de overgang, regelmaal, Impuls, balans, correcte aanleuning, nauwkeurigheid.
24 B-X

Halve volte, halve baan

Regelmaal en kwaliteit van de draf, correcte aanleuning, Impuls en balans. Buiging In de wending. Correcte uitvoering van de rechte lijn.
25 I

Halthouden en groeten

Kwaliteit van de gang, de overgang en het halthouden. Correcte aanleuning. Nauwkeurigheid van de AC-lijn en de rechtgerichtheid.
Algemeen
26

Gangen

Takt, regelmaat en ruimte
27

De impuls en verzameling

De activiteit door de ruller opgewekt en beheerst vanuit de achterhand, ondertreden van het achterbeen, gesloten, bergopwaarts opgericht
28

Het rechtgerichte, ontspannen en in aanleuning gaande paard

Rechtgerichtheid: los door het lijf bewegend, de souplesse en ontspanning de aanleuning met de nek als hoogste punt
29

Harmonie

Het op een sympathieke en paardvriendelijke manier van rijden, correct gebruik van hulpmiddelen: paard heen vertrouwen en Is van goede wil. ontvankelijk voor de hulpen
30

De houding en zit van de ruiter/amazone en het effect van de hulpen

De Invloed van de hulpen volgens het scala van opleiding: de Invloed van de hulpen op de correcte uitvoering van de oefeningen, het gedoseerd geven van de hulpen, de gehoorzaamheid van het paard op de hulpen, In balans, correct, onafhankelijk. In het middelpunt van het zadel, correcte positie van bovenlichaam, arm: elleboog, hand, been en hak, soepel en ongedwongen